NOA-bestuurslid Toine Visker is al jaren directeur/bestuurder van NOA Opleidingsbedrijf Zuid-West. Sinds begin dit jaar bekleedt hij diezelfde functie ook bij NOA Opleidingsbedrijf Zuid Nederland en daarmee vallen de twee stichtingen, die het afbouwonderwijs in het zuiden van het land verzorgen, nu onder één directie. We vroegen Visker of én wat er verandert.
“Groot voordeel is dat we nu een stuk efficiënter kunnen werken en dat komt ten goede aan zowel de leerlingen als de bedrijven in de sector”, zegt Visker. “We hebben nu een coördinator en een opleidingsmanager die gezamenlijk het zuiden van Nederland bestieren.” De innige samenwerking tussen de beide stichtingen in het zuiden des lands zorgt voor meer financiële draagkracht, stelt Visker. “En dat kan dan weer worden besteed aan meer promotionele activiteiten in de regio om nog meer leerlingen te enthousiasmeren voor al die mooie beroepen in de afbouwsector.” Maar door de directies van de twee Opleidingsbedrijven samen te voegen wordt het volgens de directeur/bestuurder bijvoorbeeld ook makkelijker om te bepalen waar in het zuiden een nieuwe plafond- en wandopleiding gestart kan worden. “Ik onderhoud vanuit mijn functie namelijk ook warme relaties met praktijkgerichte opleidingen en bouwopleidingen buiten de afbouw. Dat maakt het makkelijker om de samenwerking te zoeken. Uiteindelijk vissen we allemaal in dezelfde vijver en dan is centrale aansturing en overzicht wel zo prettig. Hetzelfde geldt voor waar precies we nu niveau 2 moeten aanbieden en waar niveau 3 en 4. Het kan schelen als je sommige opleidingen iets centraler op één plek kunt aanbieden in plaats van op 4 plekken met maar heel weinig leerlingen. Nogmaals: dit komt uiteindelijk zowel de instroom als de bedrijven ten goede. Daar ben ik van overtuigd.”
Van oorsprong waren de opleidingsbedrijven regionaal georganiseerd. Maar vanwege de enorme vraag naar nieuwe, goed opgeleide, vakmensen leek het de regionale besturen verstandig om wat vaker over de regiogrenzen heen te kijken. “Daarmee vergroot je het aanbod immers behoorlijk”, stelt Visker. “Met minder mensen om het te organiseren.” Voor de leerlingen zal er vooralsnog weinig veranderen. “Zeker voor de 16- en 17-jarigen op niveau 2 blijft alles zoals het is: met een stukadoorsopleiding in Eindhoven, in Rosmalen, in Bergen op Zoom, in Rotterdam en misschien zelfs wel ergens een nieuwe. De wat oudere leerlingen van niveau 3 en 4 hebben vaak een rijbewijs en kunnen best naar een wat centralere plek reizen om daar in een grotere groep les te krijgen. Dat maakt het namelijk voor een ROC ook interessanter om de opleidingen aan te bieden.” De samenvoeging van beide directies betekent overigens niet dat Visker het nu twee keer zo druk gaat krijgen. Eerder het tegenovergestelde”, zegt hij. “In de voormalige regio Zuid Nederland is Nick van Helvoirt operationeel manager en in Zuid-West ben ik directeur en is Marcel van Doorn coördinator/instructeur. In feite waren beide regio’s tot voor kort te groot voor het servet en te klein voor het tafellaken. Nick gaat nu wat taken van mij in Zuid-West overnemen en Marcel kan Nick in Zuid Nederland ondersteunen en ook wat taken van hem overnemen. We ondersteunen elkaar dus en benutten ons potentieel nu optimaal.”
Zoals gezegd maakt de innige samenwerking tussen beide regio’s dat het werk efficiënter kan gebeuren. En dat blijft nodig, stelt Visker. “Het is geen geheim dat onze sector in de laatste grote crisis te hard heeft bezuinigd op opleidingen. Nu, tien jaar later, merken we dat aan de tekorten aan leermeesters. Opleiden, en dus vooral anticyclisch opleiden, blijft altijd verschrikkelijk belangrijk. De bouwopgave, en dan met name de verduurzamingsopgave waar de afbouw een behoorlijke rol in kan opeisen, zal de vraag naar goed geschoolde vakmensen alleen maar doen toenemen. Dit betekent dus dat iedere euro die we in opleiden investeren zich dubbel en dwars terugverdient. Deze samenwerking in het zuiden moet er dan ook in resulteren dat we de witte vlekken die er zijn kunnen inkleuren. Het begin is er met de nieuwe Vloeren- en Plafond- en Wandopleidingen, maar het kan nog beter.”